Foto

3. sep, 2017

Citaat

3. sep, 2017

"‘Ik ben het zat’ zegt mijn dochter zuchtend, ‘ik wil gewoon weer bij jou thuis zijn en weer mijn normale leven leiden’. Ik snap het helemaal want dat wil ik ook zo graag. Deze omgeving hier, de mensen, de sfeer, ik vind het zo erg dat ik mijn dochter hier moet achterlaten. Ik heb zo sterk de neiging om haar over mijn schouder te slingeren en haar mee te nemen naar huis. Maar ik mag niet opgeven, ik moet sterk zijn en haar aanmoedigen maar dat is zo moeilijk. Ik wil geen afscheid nemen, het voelt niet goed, maar ik moet wel, ik moet….het komt wel goed, echt, het komt best wel goed.

"

Heel erg bedankt, mevrouw van 'Stroming'!

3. sep, 2017

Elke nacht...

3. sep, 2017

….krijg ik een appje van jou met een sip-kijkend icoontje. De ene keer om half drie, een andere keer om kwart over vijf. Je wordt steeds wakker in de nacht en kunt dan niet meer slapen. Het valt me mee dat je het overdag volhoudt met zo weinig slaap. Wel ga je elke avond op tijd naar bed, soms lig je er al om negen uur in.

Donderdag mag je paardrijden, daar keek je al dagen naar uit. Je hebt dat vroeger ook wel eens gedaan, een paar lessen. Ik ben heel blij dat je eindelijk iets leuks gaat doen, eindelijk iets positiefs want je verveelt je daar en de andere patiënten heb je geen aansluiting bij. Later vertel je me dat het niet zo leuk was als je had verwacht. Jullie gingen met een bus, een half uur rijden, naar de manege en daar mocht je rondjes rijden in zo’n bak, of hoe heet dat. Een uur lang en dat vond je te lang, je kreeg pijn in je rug en in je bekken. Je vroeg aan de meneer van de manege of hij een foto van jou en het paard wilde maken omdat ik dat aan je gevraagd had, ‘ik heb niks met je moeder te maken’, had hij toen gezegd, wat een bullebak. Ik wil die man wel eens even spreken en hem z’n oren van z’n hoofd trekken. Zo onaardig doen tegen mijn kind, waarom?

Je vertelde me ook dat je met een meisje van jouw leeftijd ging kaarten. ‘O wat leuk!’ reageerde ik  meteen blij…fijn dat ze eindelijk aansluiting heeft bij een andere patiënt, dacht ik nog. Nou, zo leuk was het niet want haar spelregels weken wat af van de jouwe en er ontstond onenigheid. ‘ze ging tegen me schreeuwen en schelden, ze ging me nog net niet op m’n bek slaan maar het scheelde niet veel’.  Ik legde je uit dat ook zei daar is omdat ze hersenletsel heeft en blijkbaar heeft zij haar emoties niet goed onder controle.

Vrijdag is het dan eindelijk zo ver, we gaan naar jou toe! We vertrekken iets later dan ik eigenlijk wilde maar dat kwam doordat Ben nog even de houten jaloezieën bij het voorraam wilde bevestigen en dat lukte niet helemaal. Nadat het ding drie keer naar beneden was gekletterd, heeft hij het aan de kant gelegd en zijn we vertrokken richting Boekel. Onderweg nog een beetje file hier en daar en uiteindelijk rijden we om half vijf het terrein op van Huize Padua. Je bent in je kamer en juicht enthousiast als we binnenkomen. Zo fijn om je weer te zien!

Ik ga de schone was die ik van huis mee heb genomen, opruimen en Ben gaat jouw nek masseren. Ondertussen praten we over hoe het met je gaat. Ik zie dat je je hebt opgemaakt, ‘dat heeft de verpleegkundige gedaan, ik zei dat jij dat wel fijn zou vinden als ik ben opgemaakt’. Heel attent San! Ik geef je de bramen van ome Peter en het kadootje van de vaste klant van Stroming. Je vindt het zo lief dat ze dit voor jou gekocht heeft! We maken er foto’s van.

Je hebt aan iemand van het personeel gevraagd of er in de buurt een gelegenheid is waar we kunnen eten en dat staat op een blaadje. We rijden er naar toe en zoeken een plekje uit, binnen, want jij hebt het koud en ik ook eigenlijk. Even later zitten we gezellig te eten. Het valt me op dat je nu wat sneller eet, niet meer zo overdreven langzaam. Van mijn muntthee pak jij een takje en eet het op, ik kan je niet eens tegenhouden, ‘ik heb dat al zo lang niet gegeten’. En je vindt het nog steeds lekker, Ben en ik nemen ook een blaadje, ach, het is niet eens echt vies.

Weer terug op jouw afdeling gaan we rummikuppen, je speelt weer ongegeneerd vals. Als ik doorheb dat jij in het begin je stenen ruilt omdat ze je niet aanstaan in plaats van dat ze dubbel zijn, ben je zwaar beledigd. Om half negen nemen we afscheid en rijden wij naar ons hotel in Doorwerth.

Zaterdag breng ik Ben naar Oosterbeek, hij doet daar met zijn broers de Airbornwalk van 25 kilometer. In mijn eentje rij ik naar jou toe, het is bijna een uur rijden. Als ik op de gang van jouw afdeling loop richting jouw kamer, kom je me al tegemoet. ‘Mamsie!’ roep je, ‘ik voelde je aankomen!’. We omhelzen elkaar en gaan naar jouw kamer om je jas te halen want ik wil meteen op pad. In deze troosteloze tent hoef ik niet langer te blijven dan nodig is. We krijgen de medicijnen mee en ik vraag aan de verpleger waarom je nu steeds alleen moet eten. Je liet me net de woonkamer zien waar je altijd eet en vertelde me dat je nu steeds alleen aan een tafeltje zit. ‘er is een man met één arm en toen hij boter op zijn brood ging smeren vroeg ik of ik hem moest helpen met het vasthouden van het kuipje en toen zei hij….’hou je bek’…en nu moet ik steeds alleen zitten. De verpleger legt uit dat er maandag een nieuwe tafelindeling komt en dat ze er dan naar gaan kijken. Weer benadruk ik dat ik het belangrijk vind dat jij met anderen aan tafel mag eten.

Dan gaan we naar het hoofdgebouw waar we de sleutel van de duofiets kunnen halen. De duofiets staat in een fietsenhok en het lukt niet om het ding uit de hoek te krijgen. Als we de fiets bewegen loopt ineens de voorband leeg. Ik bekijk de band van dichtbij en zie dan achter de voorvork een slot zitten, daar is blijkbaar bij het verschuiven het ventiel tegenaan gekomen en afgebroken. Lekker dan, een beetje uitleg had wel handig geweest en een wat ruimere parkeerplaats ook!. Ik zie een tandem staan en na overleg met de receptioniste fietsen we even later met de tandem het terrein van Padua af. Het is heerlijk weer dus wat mij betreft gaan we lekker de hele dag met die tandem op pad. Maar ja, jij bent nu eenmaal niet zo’n fan van bewegen dus dat valt nog niet mee. We fietsen eerst naar de pluktuin, daar zagen we gisteren bordjes van. De pluktuin stelt niet zo heel veel voor maar we gaan daar in het zonnetje thee drinken. Ik krijg potjes met verse thee en ik ruik er aan om er eentje uit te zoeken, ik laat jou ook ruiken maar jij ruikt niks, zeg je. Dat is vreemd? Na de thee lopen we de tuin nog even in en zien een speeltuintje, we gaan schommelen en jij moet er om lachen als we daar zo samen het schommelrek laten piepen en kraken. Achter ons horen we geknor, er blijken wat dieren te zijn dus daar gaan we ook nog even kijken en dan pakken we de tandem en fietsen verder. Ik heb de tomtom meegenomen en ingesteld op het stadscentrum van Gemert, een klein dorpje. We fietsen door de natuur en langs een wei met een paardenstal, het ruikt er enorm naar paardenmest maar ook nu ruik jij weer niks. Als we langs een oude begraafplaats komen wijs ik jou er op, ‘kijk San, daar links, een oude begraafplaats’. ‘O…ja…maar dat heet toch een kerkhof?’….’ja, kan ook, een kerkhof is hetzelfde als een begraafplaats San’….’o, echt?’….’ja echt’.

In het dorp gaan we lunchen, binnen, want ja….’brrrrr’.  Na de lunch fietsen we de winkelstraat in en we zien een rek staan met leuke hangpotjes. We willen allebei stoppen om te kijken maar op de één of andere manier stop jij eerder dan ik waardoor ik mijn evenwicht niet kan bewaren en heel gracieus in slow-motion neerkom op de Gemertse klinkers. Jij schrikt er van, ‘mam mam gaat het?’. Best nog lastig hoor zo’n tandem!

We parkeren de tandem en gaan wat winkeltjes in. Steeds weer merk ik dat mensen je toch een beetje bevreemd bekijken, zo van ‘er is iets met haar’. Als ik een jurkje sta te passen en jij op een bankje gaat zitten, hoor ik het winkelmeisje tegen jou praten. Je hebt wat last van trillingen en pijn en het meisje vraagt wat er met je is en of je een glaasje water wilt…heel lief.

In de volgende winkel zijn de spijkerbroeken in de aanbieding en daar kan jij er best één van gebruiken dus ga je het pashokje in. Ik vind dat je wat makkelijker beweegt, het doet allemaal niet zoveel pijn meer, lijkt het. De broek past gelukkig! Ik zou best nog verder willen winkelen, al is het alleen al om maar niet terug te hoeven naar Huize Padua. Maar jij zegt dat je pijn hebt en dat je terug wilt, je wilt nog spelletjes doen. Ik snap daar niks van, spelletjes kan je altijd nog doen maar ik ben er niet elke dag! Maar goed, dan maar weer terug fietsen. Onderweg kletsen we aan één stuk door en steeds laat je me weer weten dat je het zo fijn vindt dat ik er ben. Ik vertel allemaal dingen over vroeger, die jij vergeten bent. Heel soms zijn er dingen die je nog wel weet. Ik hoop zo dat het allemaal weer terug komt.

Rond half vijf zijn we terug op jouw afdeling en gaan we eerst meloen eten, die hebben we gisteren bij de Jumbo gekocht. Daarna gaan we rummikuppen, één potje want ik wil op tijd gaan eten. Ik vertel je dat ik wel om half acht weg ga omdat ik nog een stuk moet rijden. Je gezicht betrekt, je kijkt zo droevig dat het pijn in mijn hart doet. ‘ik wil niet dat je weggaat mam’. O jee, dit gaat moeilijk worden, voor ons allebei. ‘kom San, we gaan eerst lekker eten’.

Met de auto rijden we weer naar Gemert, jij hebt een adres van een Turkse tent, je wilt daar pizza eten. Als we er binnenkomen vind ik het naar rook stinken. Later zien we waar dat vandaan komt. ‘mam, moet je kijken, die man staat gewoon achter de bar te roken’. En inderdaad, de Turkse medewerker duikt steeds even naar beneden en dan verschijnt er een rookwolk, getver! Mijn pizza gaat de mist in doordat ze er toch ham op doen terwijl ik heb gezegd, ‘zonder ham’, dus duurt het wat langer. Maar dat geeft niet want we hebben het gezellig samen en ik mag alvast een stukje van jouw pizza. Rond kwart voor zeven zijn we terug en gaan we weer rummikuppen. Telkens kijk je op de klok en je probeert van alles om de tijd te rekken. Om kwart over zeven zie ik dat je tranen wegveegt. ‘mam, kan je niet nog even blijven?’. Mijn hemel wat is dit moeilijk.

We gaan nog even naar jouw kamer om te kaarten maar dan moet ik toch echt gaan. Je loopt met me mee naar de uitgang en we omhelzen elkaar stevig. De schuifdeur gaat niet open, ‘zie je wel mam, je moet gewoon blijven!’.  Als de deur toch nog open gaat, zwaai ik nog een paar keer achterom en loop naar mijn auto. Ik bedenk me dat ik mijn mobiel vergeten ben, die had ik in jouw kamer op de oplader gedaan. Ik loop terug en als ik de gang op loop richting jouw kamer, kom jij me tegemoet met een pakje kaarten in je hand. Ik zeg je dat ik mijn mobiel vergeten ben en jij zegt dat je gaat kaarten met dat meisje. Als ik later met mijn mobiel langs de huiskamer loop, zie ik je naar het meisje toelopen. Ik zwaai nog een keer en hoop maar dat jullie geen ruzie krijgen dit keer.

Terwijl ik in mijn autootje over de snelweg raas zie ik de lucht oranje-roze opkleuren. Een prachtige zonsondergang na een prachtige zonnige dag met mijn prachtige dochter.

……Laat haar asjeblieft snel beter worden, ik hou dit niet zo heel lang meer vol. 

uit eten

3. sep, 2017

Meest recente reacties

31.08 | 13:41

Wat sta je mooi op de foto, mooi opgemaakt, leuk je haar omhoog ik zie de Sanne van een paar jaar geleden, houden zo.

08.03 | 14:18

Hallo daar, wat heerlijk een eigen appartement en wat fijn dat dat goed gaat. Ik had ook niet anders verwacht met zo'n geweldige moeder aan je zijde. Geniet van elkaar!!

21.02 | 19:54

Wat een fijn appartement Sanne, hoop dat je daar gezellig woont en gelukkig bent. Kom kijken zo gauw opa en ik samen mogen kijken.

30.03 | 22:33

Sowieso een goed bericht, het nare is de Corona virus, dat wordt afwachten. Geen idee hoe lang. Inderdaad voorzichtig zijn, geen risico's nemen anders zijn we nog verder van huis. Dat wordt duimen San

Deel deze pagina